Het onlangs verschenen boek van schrijfster en journaliste Antoinnette Scheulderman over haar hond Bubbels heeft veel aandacht gekregen in kranten, magazines en op televisie. Scheulderman schrijft over het immense verdriet dat ze ervaren heeft bij het overlijden van haar dwergteckel en het rouwproces dat daarop volgde. Ze schrijft het boek dat ze in die tijd graag had willen lezen maar er niet was. Ze wilde horen dat het niet gek was, om een dier waarmee je dag en nacht samenleefde zo te missen, maar vond slechts matige informatie over het rouwen om je huisdier.

Bang dat ik in tranen zal uitbarsten

Ik heb haar boek ‘Dan neem je toch gewoon een nieuwe’ gekocht, want man-o-man wat wil ik het graag lezen. Maar vooralsnog staart Bubbels me onder haar piekharen vanaf de voorzijde van de ongelezen paperback onafgebroken aan. Eigenlijk durf ik er niet zo goed in te beginnen. Ik denk dat ik het boek niet kan lezen zonder er zelf van in tranen uit te barsten. Omdat ik ongetwijfeld in elke zin de liefde voor mijn eigen hond Bink zal voelen. En het onvermijdelijke van de wetenschap dat hij er op een zeker moment niet meer zal zijn. Van die gedachte draait mijn maag om en is het verdriet op voorhand al tastbaar. Bink is 4 en ik heb met hem afgesproken dat hij minstens de 16 gaat halen, dus is het helemaal niet aan de orde. Maar uit eigen ervaring weet ik hoe oneindig groot het hartenleed en gemis zal zijn.

Niet met droge ogen navertellen

Toen ik 13 was hebben mijn ouders onze hond Max moeten laten inslapen. Max had in oorsprong een airedale terriër moeten zijn, maar pakte door de nodige kruisingen uit tot een exemplaar met woeste zwarte krullen over zijn hele hondenlijf. Op zijn oude dag kreeg Max plotsklaps een toeval waar ie niet lekker meer uitkwam. Na een nachtje toezicht bij de dierenarts bleek het een aflopende zaak. Ik herinner me nog goed dat ik uit de klas werd gehaald en naar de dierenpraktijk gebracht. Max kon niet meer overeind komen, maar kwispelde zachtjes toen we binnenkwamen. Tranen met tuiten heb ik gehuild. Wekenlang. Met koppijn rondgelopen én met een behoorlijke knak in mijn hart. Tot ver in mijn twintiger jaren – wat zeg ik, zelfs nú soms nog – heb ik dat afscheid niet met droge ogen kunnen navertellen.

Na overlijden van Groenendaeler liep ze rondje alleen

rouwproces
Op onze route door het bos komen Bink en ik haar tegen.

Bink en ik lopen regelmatig door het bos aan de rand van ons dorp en ‘kennen’ zodoende aardig wat wandelaars en hun viervoeters. Een mevrouw die ik altijd in een groepje van honden met hun eigenaren zag, liep er een paar weken geleden ineens alleen. Bleek haar Groenendaeler vrij recent te zijn overleden en brak ze ter plekke toen ze me over hem vertelde. Ik brak een beetje met haar mee. Elke niet-hondeneigenaar zou dat waarschijnlijk aanstellerij vinden, elke hondeneigenaar zou zonder twijfel hetzelfde voelen. Ze liep nog elke ochtend het rondje bos dat ze anders met haar hond deed en ik snapte dat wel. Zo bleef de herinnering aan Kalou vers en leek hij weer naast haar te lopen, zijn neus tegen de jaszak waar de hondensnoepjes inzaten. Die waren nu voor Bink. Hij blij en haar gaf het wat troost.

Rouwproces om dier hetzelfde als om mens

Rouwen om een dier waarvan je hield werkt niet anders dan om een mens. Ook dan moet je de vijf stadia door: ontkenning, woede, marchanderen, depressie, aanvaarding. Nienke Endenburg is de enige in rouw om een dier gespecialiseerde psycholoog in Nederland en komt ook aan bod in Scheulderman’s boek. Zij legt uit dat het grote verschil is dat na al die jaren het taboe van rouwen om je huisdier nog niet is verminderd. Uit onderzoek blijkt dat 80% van de mensen hun huisdier als volwaardig gezinslid ziet. Dan zou het wel heel vreemd zijn dat je je verdriet moet wegpoetsen als dat dier overlijdt. En juíst raar om níét te rouwen om een dier dat zo lang in je leven is geweest.

Moed bijeenrapen om prachtig boek over rouwproces te lezen

Als ik straks beneden kom, ga ik eerst Bink eens even knuffelen. Wat steviger dan anders. En zal ik de nieuwe afspraak met hem maken dat hij de eerste hond is die het eeuwige leven heeft. Waarschijnlijk zal het heel wat reëler zijn om al mijn moed bij elkaar te rapen en het prachtige boek van Antoinnette toch echt te gaan lezen.