“Je wil stokstaartjes zien? Kom maar mee”, zegt mijn man en pakt mijn hand in de Amsterdamse Artis. We doen een dagje dierentuin.  Ik ben er zo’n vijf jaar niet geweest maar mijn man komt er als ‘vriend van’ regelmatig.
De stokstaartjes zijn de gemiste herinnering aan de reis die we een aantal jaren geleden naar Zuid-Afrika hebben gemaakt met ons gezin. Vantevoren had ik me goed voorbereid door iedereen in mijn omgeving om tips te vragen. “Je moet beslist naar Oudtshoorn op stokstaartjes safari,” zei een collega. “Het is een van mijn mooiste ervaringen in Zuid-Afrika maar je moet wel reserveren én bereid zijn om 5 uur ‘s ochtends op te staan. Want dan zie je ze namelijk uit hun holletje komen om de eerste zonnestralen op hun buikjes op te vangen. Fantastisch gezicht!” Gemaild, gesmst, gebeld én een fatale fout gemaakt: de afstanden in Zuid-Afrika zijn groot. Die van ons hotel in Swartberg naar Oudtshoorn bleek onoverbrugbaar.

Wonder in de zon

En nu sta ik in hartje Amsterdam op een rustige vrijdagmiddag te kijken hoe de kleine beestjes holletjes graven op een paar vierkante meters woonruimte. Totdat, o, wonder, het wolkendek openbreekt en een stokstaartje zich over de gemetselde steentjes naar de top haast en daar, pootjes langs het lichaam, zich in de warmte van deze prille lentedag koestert.
Dat éne schattige beestje is een ontroerend hoogtepunt van een toch al verrassend bezoek aan mijn twee, vier- of meerpotige en gevleugelde stadgenoten. Ik vond ze altijd wat meelijwekkend in hun veelal te krappe behuizing maar de afgelopen jaren is er een zichtbare koerswijziging geweest. Het apenhuis is open gemaakt, zodat tussen de nestkastjes van de witkeelmeerkatten de witgezichtsaki boven ons hoofd over een tak rent, vleermuishonden haken aan het plafond en in een boomstam laat, volgens de Artismedewerkers heel bijzonder, een mooie gekko zijn kopje zien. Aan de andere kant van het huis mogen de Incasterns vrij rondvliegen en schrijden de Victoria Kroonduiven langs de bezoekers.

Olifanten verlangen

Alleen de leeuwen ijsberen nog van links naar rechts als een van de weinige grote dieren in hun ouderwetse rotskooi. De olifanten zuchten van verlangen achter de tralies. Binnenkort krijgen ze hun eigen eiland boven het voormalige parkeerterrein. En dan kan de bul ook eindelijk in de buurt van de vrouwtjesolifant bivakkeren. Zoals hij dat ook in de natuur doet.
We lopen naar het oude gebouw, waar de gier boven ons hoofd met zijn klauwen kletterend langs het ijzerwerk ons schrik probeert aan te jagen. Dan heb ik liever dat de Morpho Pelei langs scheert. De grote blauwe vlinder fladdert met allerlei bontgekleurde soortgenoten vrij rond in de vlindertuin. Sommige kunnen van dichtbij worden bekeken, omdat ze fourageren bij een bakje met fruit en sla. “Het is omdat de vleugels zo mooi zijn. Als je die weghaalt zijn het eigenlijk heel enge beesten,” beschouwt mijn echtgenoot bij alle vertedering.
De chimpansees hadden vijf jaar geleden al een fatsoenlijk onderkomen, de orang oetans tonen in het oude apenhuis dat ze echt niet ver van ons afstaan. Een moeder wiegt haar baby heen en weer net als wij mensen dat zouden doen.

Vriendin van Artis

Vlakbij de stokstaartjes treffen we Gerie uit de Wieringermeer. We zijn aangeland bij het eiland waar de lemuren rondlopen. De bruine bontballen nodigen tot knuffelen uit, maar dat kunnen we beter uit ons hoofd laten. “Ik zeg altijd tegen de kinderen die aanstalten maken, hoe zou jij reageren als op je verjaardag iedereen je hoofd wil aaien?”  Gerie leidt vandaag als een van de vele vrijwilligers van Artis de bezoekers veilig langs de lemuren. “Op drukke dagen zo’n 7000 mensen. Dan ben ik net een politieagent.”
Gerie spaart al 40 jaar olifanten en zo werd ze uitgenodigd om eens een kijkje achter de schermen bij de échte olifanten te nemen. Sindsdien is ze als vrijwilliger ook verknocht aan Artis. “Mijn schoonouders waren al vrienden van Artis, dus het is nu een trend geworden in de familie. Ik vind niets leuker dan voor een verjaardag een dagje Artis te organiseren. Dat is veel leuker dan een gewoon cadeautje.”
We zijn dan wel niet jarig maar deze middag beschouwen we ook als een geschenk. Wanneer we verder lopen, raadt Gerie ons nog Micropia aan; de nieuwste, prijswinnende attractie van Artis. Maar wij besluiten dat we na alle grote dieren de voorkeur geven aan slechts één speciaal microbensoort, namelijk het gist in een biertje bij café Koosje, om de hoek bij Artis.