Het Kröller-Müllermuseum (Ik zeg altijd ‘KrulMul’) ligt in het Nationaal Park de Hoge Veluwe. Er is een beeldentuin die ik graag eens wilde zien. Hij leek me vergelijkbaar met die bij het Singermuseum in Laren. Maar deze beeldentuin is een maat groter en telt liefst 185 beelden! Sommige zijn enorm groot, andere piepklein en veel zijn er ronduit verrassend. In deze tijd van het jaar zijn ze ook nog eens versierd met het geel en rood van de bladeren aan de bomen en op de grond. Voordeel in coronatijd is bovendien dat buiten rondlopen veiliger is dan binnen. Een goede reden dus om met mijn vriendin tijdens het bewandelen van het Trekvogelpad een halve dag uit te trekken voor een bezoek.

Van buiten naar binnen

Bij het pad naar de ingang van het museum staan de eerste beeldhouwwerken al. Monsieur Jacques van Oswald Wenkebach heet ons op deze regenachtig herfstdag van harte welkom (zie openingsfoto). Op het grasveld een bouwwerk van vrolijke rode roestvrijstalen profielen van Mark Di Suvero. Voordat ik naar buiten ga moet ik toch even melding maken van de beelden die bínnen zijn te zien.

Want het museum is een feest van stijlen vanaf het begin van de twintigste eeuw en biedt ook binnen beelden uit die tijd. Het mooiste kunstwerk vind ik daar van Ana Maria Tavares, ‘The Wish Ribbon Net’ , gemaakt van honderden bandjes met tekst die naar beneden hangen. Ik kan twee teksten ontcijferen, ‘Deserve Delight’ en ‘Sparkling life, still water’. Dezelfde tekst loopt over de randen van een naar beneden kringelende spiraal rond een spiegel. Daardoor krijg je de illusie in een diepe put te kijken, waarin de teksten opnieuw weerspiegeld worden: ‘Crystal Waters’. Zo lopen we, al opgewarmd door deze beelden de tuin in.

Wish-Ribbon Net en
….Crystal Waters van Ana Maria Tavares.

Van binnen naar buiten

Bij de ingang van de beeldentuin van Kröller-Muller zien we verderop een ronde gewelfde witte vorm in een vijver drijven. Het is een kunstwerk van Marta Pan,Sculpture Flottante. Het nodigt ons als het ware uit naar buiten te komen. Gelukkig is het nu even droog en Buienradar vertelt ons dat het ook nog even zo zal blijven, dus we wagen het erop. Ik wil graag alles zien maar dat zal vandaag niet lukken. Daarom kies ik voor één van de twee beeldenpaviljoens, het Aldo van Eijckpaviljoen.

Wederopbouw

Een vierkant gebouw met open dak. In het doolhof van vormen en gangen kom ik voor steeds andere gegroepeerde beelden te staan, heel vroege van Hildo Krop uit 1918, de Amsterdamse stadsbeeldhouwer in die tijd. Het beeld is getiteld ‘Vandaag en morgen’. Een veel moderner beeld is van Armando uit 2006. Mij trof de Phoenix van Willem Reijers. De uit zijn as herrijzende mythische vogel staat symbool voor de jaren vijftig. In de tijd van de wederopbouw na de Tweede Wereldoorlog was de Phoenix een terugkerend onderwerp van kunst in de openbare ruimte. Deze jaren, de jaren rond mijn geboorte, spreken mij nu eenmaal aan. Daarom trof ook het beeld ‘Golf’ van Pearl Perlmuter me. Zij is een Nederlands-Amerikaanse beeldhouwster, en één van de weinige vrouwen naast Charlotte van Pallandt die in die interessante jaren vijftig actief was.

Links ‘De Golf’ van Pearl Perlmuter. Boven ‘Vandaag en Morgen’ van Hildo Krop en rechts ‘Phoenix’ van Willem Reijers.

Sluitstuk

Het sluitstuk blijft voor mij het Jardin d’email’ van Jean Dubuffet. Het kunstwerk is 20 bij 30 meter en 8 meter hoog in epoxyhars uitgevoerd en wit geschilderd met dikke zwarte contourlijnen. Je kunt er in rondlopen. Dat wil zeggen op een droge dag. Helaas kan ik het vandaag alleen vanaf een speciaal gebouwd platformpje bekijken. Want ondanks de belofte van buienradar is het toch begonnen te regenen. Jean Dubuffet maakte het speciaal voor de beeldentuin van het KrulMul in 1972 op verzoek van de toenmalige directeur Oxenaar. Het bestond als maquette maar werd hier uitgevoerd. Het is een tijdlang in restauratie geweest maar nu weer te bewonderen. Binnen is een video te zien over hoe de restauratie in zijn werk is gegaan.

Video van de restauratie van Jardin d’email.

Terugkomen

De beeldentuin is prachtig van de herfst maar het voorjaar lijkt me minstens zo mooi om opnieuw naar de beeldentuin te gaan. Ik wil namelijk niet rusten voordat ik álle 185 beelden heb gezien. Maar dan trek ik er een hele, liefst zonnige dag voor uit. Zodat ik onder andere vol eerbied de Jardin d’email kan betreden!

Jaren vijftig

Over de jaren vijftig schreef Karin de Lange al eerder in haar verhaal over Open Monumentendag. En Stella Ruisch dompelde zich onder in de wederopbouw in haar artikel over de ‘Van Eesterenwandeling’. Marlies Mielekamp is begonnen met het schrijven over de emigratie in die jaren en ze dacht ook terug aan het leven dat haar moeder in die jaren als huisvrouw leidde.