In de afgelopen jaren schreven we op Meerdanvijftig.nl regelmatig over het nieuwe pensioenstelsel. Tien jaar lang werd er overlegd, gedemonstreerd, uitgesteld voor er uiteindelijk een akkoord werd gesloten. Nu is dat voorgelegd aan de Tweede Kamer. Vorige week startte het pensioendebat, dat komende week wordt voortgezet. Terwijl buiten het gebouw tientallen experts de alarmbellen luiden over het nieuwe pensioenstelsel.

Tekenen bij het kruisje

‘Zonder last of ruggespraak’ zo heet de vrijheid waarin elk kamerlid zijn stem moet kunnen uitbrengen. In het belang van het volk dat hij vertegenwoordigt. De vraag is hoe sterk Kamerleden van de regerende partijen in de schoenen staan. Uit het pensioendebat blijkt duidelijk dat zij geacht worden het regeerakkoord te volgen. En dus te tekenen bij het kruisje van de nieuwe Wet toekomst pensioenen.

Rendementen lopen terug

Intussen werpt de actualiteit een nieuw licht op de Wet toekomst pensioenen. Want in de toekomst voorziet ons pensioen in individuele potjes die door beleggingen inkomsten moeten garanderen aan gepensioneerden. Weg met die vermaledijde wettelijk bepaalde rekenrente. Die dwong de pensioenfondsen de afgelopen jaren immers grote financiële buffers aan te houden, terwijl het geld door beleggingen tegen de plinten klotsten. Alleen… op dit moment loopt het rendement van die beleggingen door de verslechterde economie terug! En daardoor komen de risico’s van het nieuwe pensioenstelsel genadeloos bloot te liggen.

Alle risico’s zijn straks voor werknemer

In de Volkskrant schetst Marjolein Quené, voormalig lid van de Stichting Nationaal Pensioenregister, welke gevaren gepensioneerden en pensioenpremiebetalers bedreigen. ‘In het nieuwe stelsel is niet de uitkomst van de pensioenuitkering gegarandeerd maar staan de premies wel vast. Alle risico’s zijn straks voor de werknemer. De werkgever hoeft niet meer mee te betalen als er sprake is van een noodzakelijke premieverhoging. De pensioenuitkering wordt bepaald naar rato van de opbrengsten van beleggingen. En daarmee is de werknemer straks dus geheel afhankelijk van de pensioenfondsen die zijn geld beleggen.’

Een kwart van premies gaat naar pensioenkosten

Tegelijkertijd geeft zij een onthullend beeld van de huidige situatie. Elk jaar krijgen de pensioenfondsen ongeveer 40 miljard per jaar aan premies. 35 miljard wordt daarvan uitgekeerd als pensioen. Minstens 10 miljard per jaar gaat op aan kosten van uitvoering en vermogensbeheer. Een exorbitant hoog bedrag dat met het complexe nieuwe stelsel alleen maar hoger zal worden. Terecht stelde Tweede Kamerlid Pieter Omtzigt tijdens het Pensioendebat de vraag waar de berekeningen zijn van de gevolgen van het nieuwe stelsel.

Pieter Omtzigt: ‘Niemand weet wat er straks met 1500 miljard in de pensioenfondsen gebeurt.’

Duimen dat er ten halve wordt gekeerd

“Is er nu echt geen andere manier waarop we ons pensioenstelsel kunnen aanpassen?”, vraag ik aan een betrokken gepensioneerde accountant. Want dat er wel wat moet veranderen, betwist niemand. Er zijn minder mensen die pensioenpremie betalen maar wel steeds meer mensen die pensioen krijgen. Dat gaat op den duur niet goed. “Het kan veel eenvoudiger”, stelt zij. “Pas de wettelijk verplichte rekenrente aan, als het nodig is. En zorg ervoor dat ZZP’ers en werknemers zonder regeling ook gaan betalen voor hun pensioen. Ja, misschien krijgen we dan allemaal wat meer of juist wat minder pensioen maar wat is er mis met solidariteit tussen de mensen?”

Nu maar duimen (met de moed der wanhoop) dat de Tweede Kamer wat betreft de Wet toekomst pensioenen ten halve keert…

Meer lezen over pensioenen

De laatste keer vergeleken we het pensioenakkoord met een nieuwe aflevering van een soap, waarin we met zijn allen terecht zijn gekomen. Daarvoor schreven we: De tijd tikt weg, Overbrug pensioenkloof en Hoe bereik je gezond pensioenleeftijd?

Foto: Instagramaccount Tweede Kamer