28-30 mei is het ‘Weekend van de Begraafplaats‘. Brigitte Leferink heeft een fascinatie voor begraafplaatsen. Zo schreef ze eerder al Onder bekoring van kerkhof. De afgelopen tijd bezocht ze weer enkele pareltjes. Alle foto’s daarvan vind je op Instagram; et les oiseaux chantaient (en de vogels zongen).

Nieuwe grafstenen? Op begraafplaatsen zoek ik de oudste op

Begraven of cremeren? Het is voor mij nog steeds geen uitgemaakte zaak. Begraven neemt veel ruimte in en daar is steeds minder van in Nederland. Cremeren en dan uitstrooien laat niets achter. Ook geen plek voor nabestaanden. Soms denk ik dat mijn kinderen me toch zelden of nooit zouden bezoeken. En dat het onderhoud voor hen alleen maar een last zou zijn, die ze misschien afkopen en door een ander laten doen. Bovendien houd ik helemaal niet van nieuwe grafstenen. Monumenten van donker glimmend marmer met gouden letters en cijfers, ik vind het niks. Net als de eenvormige vierkante plaatjes, formaat stoeptegel, die je steeds meer ziet. Makkelijk in het onderhoud, dat wel. Maar geen karakter. Op begraafplaatsen zoek ik altijd de oudste graven op. Van mij mogen ze verweerd zijn, scheefgezakt, de tekst onleesbaar en langzaam opgeslokt door de natuur.

Oude graven zijn mooier dan de modernere met vierkante plaatjes. Zoals hier in Oostkapelle.

Verscholen onder eikenblad en sterrenmos…

De mooiste begraafplaats zag ik in Ruinen. Er zijn er daar wel drie dicht bij elkaar. De nieuwste laat ik links liggen. Maar de twee andere, tegenover elkaar aan de Kloosterstraat, zijn een bezoek meer dan waard. De kleine begraafplaats aan de zuidzijde heeft nog maar een paar graven. Ik was er in de herfst. De graven lagen tussen en onder een bed van eikenblad en sterrenmos. Enkele grote liggende stenen en een paar graven omringd door een hekje.

Begraafplaats Ruinen in de herfst.

De begraafplaats aan de overkant van de straat lijkt op het eerste gezicht niet zo groot. Groen gras met rechtopstaande grijze stenen. Een enkele leunt wat opzij, het zijn oude graven. De begraafplaats lijkt omringd door berkenbomen en struiken. Toch, als je beter kijkt zie je dat het bosje onderdeel is van een groter geheel. Aan de rand ervan maar ook ertussen hebben veel mensen hun laatste rustplaats gevonden. Naar verloop van jaren worden de graven opgeslokt door de natuur. Dat vind ik prachtig. Daar in Ruinen zou ik wel willen liggen. Langzaam maar zeker vergeten worden en toch niet worden geruimd.

Bijzonder is het graf van Margreetje

In Serooskerke zag ik hetzelfde. Het oudste deel van deze begraafplaats ademt vergetelheid, verlatenheid maar ook eenzaamheid. Een graf is bijna niet meer te zien. Alleen als je arendsogen hebt zie je het grijs tussen de struiken schemeren. Op andere delen van het terrein zijn veel graven geruimd en staan de achterblijvers verspreid in het gras. Sommige stenen staan eenzaam op een eigen veld. Bijzonder is het graf van Margreetje. Een kort paaltje met een plaatje met alleen haar naam en het grafnummer. Geen geboortedatum, geen sterfdatum. Bij grafnummer 57 is helemaal niet te zien wie hier ligt. Klinkers omsluiten een rechthoek met daarbinnen onkruid, een lantaarn en lege bloempotten. Hier heeft al lang niemand meer naar omgekeken.

Bijzonder graf in het Zeeuwse Serooskerke.

“Moeder’ staat er, meer niet

De opschriften bij de graven fascineren me minstens evenveel als de omgeving. Ook in het Zeeuwse Westkapelle liggen mensen die alleen bekend zijn als nummer. Sommigen worden herinnerd aan hun voornaam of door hun rol in het gezin. ‘Moeder’ staat er op een graf. Alleen deze tekst, geen enkele nadere aanduiding. Geen zelfstandig persoon, geen eigen naam, geen leeftijd. Ik word daar een beetje droevig van. Dan liever de grafsteen in Vrouwenpolder. Daar staat op het witte marmer: “Hier wacht tot Christus wederkomst het stof van onze geliefde zuster, behuwdzuster en tante mej. Maatje Maas. Geb. 14 september 1897. Overl. 9 september 1959. Openb. 14-13.” Ik heb een tijdje stilgestaan bij dit graf. Om samen met Maatje het wachten te doden.

Samen met Maatje Maas wachten…

Meer lezen

Sommige doden hebben helemaal geen naam. Zoals het meisje van Teteringen. Stella Ruisch schreef over de pogingen om te achterhalen wie het vermoorde meisje is. Brigitte Leferink schrijft vaker in het teken van speciale ‘Dagen van’ . Pas nog over 24 mei Dag van Kastelen en 20 mei  Annie M.G. Schmidtdag. Eerder besteedde ze onder andere aandacht aan Wereld Menstruatie Dag en Go Topless Day.

Openingsfoto: De natuur neemt bezit van de graven in Ruinen. Alle foto’s: © Brigitte Leferink